Mis·de·fi·ni·tie (de ~ (m.), ~s)
1 Politiek correct geformuleerde definitie waarmee men door middel van leugen en bedrog de werkelijke aard van misstanden probeert te verhullen door deze te rechtvaardigen.
- Misdefinitie gaat over misstanden en gedrag van criminelen, radicalen en terroristen.
- Stop de #CancelCultuur! Stelletje moraalnarcisten, u bent geen beter mens als u mensen uitsluit vanwege hun politieke gezindheid.
- De vrijheid van meningsuiting is absoluut! Wat wij mogen schrijven, bepaalt niet de juut!
- Stiekem sollicitanten googelen en ze dan cancelen? Uw naam wordt geregistreerd en doorgegeven!
Gebruikersnaam: Wachtwoord:
# Home # Boek HvA (Uitverkocht) # Registratie # Contact #
Misdefinitie artikelen
Pagina: 21 / 44: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44

462 Stem met het gezonde verstand
461 Criminele privacyparia's
460 Aristocratie tegen de achterlijkheid (3)
459 Goochelen met rekenmeesters
458 Islamiseren nooit accepteren (1)
457 Verraad teistert de PVV (5)
456 Sabotage door wederzijds beschuldigen (3)
455 Genaaid op z'n Grieks (1)
454 Sharia heimelijk in rechtspraak
453 Oorlog tegen de angstcensuur (2)
452 Rechtsstaat dwaalt naar bananenrepubliek (10)
451 Onderwijs weer op de pijnbank (2)
450 Burger uitgeknepen om verspillingen (8)
449 GeenStijl ongefundeerd in de huichelarij (2)
448 Het socialisme van de piratenpartij
447 Racisme? Waarom niet! (2)
446 De ratten verlaten het zinkende schip
445 Bang voor islam? Naai katholieken! (1)
444 Automatisering misbruikt door overheid (1)
443 Grijsgedraaide verkiezingsretoriek

451 # Onderwijs weer op de pijnbank #
Gepost door Misdefinitie op 11-04-2010 om 23:45.
Het onderwijs schommelt al jaren tussen hoop en vrees. Hopen dat het allemaal niet nog erger wordt en vrezen dat de zoveelste onderwijsvernieuwing het onderwijs eerder te gronde richt dan het weer op de been helpt. De media scheppen een beeld waaruit we mogen afleiden dat het eigenlijk niet meer goed kan komen met het onderwijs. Kinderen beheersen de basisvaardigheden niet meer en zelfs de leraren staan niet meer boven de stof. Dan komen er weer hoopgevende geluiden als een school, organisatie of politieke partij iets nieuws heeft bedacht wat nu echt het ei van Columbus moet worden. Klachten nemen toe, het ene idee is nog mooier dan het ander en allerlei ego's willen graag iets voor het onderwijs doen omdat het zo goed is voor het imago. Het persoonlijke imago wel te verstaan. Niet het verbeteren van de slechte beeldvorming waar het onderwijs in het algemeen mee te kampen heeft. Leerlingen zijn uitermate ontevreden over het aangeboden onderwijs. De pedagogische overleg- en excuuscultuur heeft grandioos gefaald.

Doorgeslagen discussiecultuur.

Altijd als aan leerlingen, scholieren of studenten wordt gevraagd wat ze van het onderwijs vinden, klinkt er steevast hetzelfde liedje. School is kut, de leiding luistert nooit en de leraren zijn efebofiel imbeciel. De landelijke zeikmuur van scholieren, het LAKS, liet een grote enquête uitgaan om de meningen van 60.000 scholieren van 130 scholen te peilen. Deze meningen liegen er bepaald niet om. Docenten zouden niet gemotiveerd zijn of niet motiveren. Het verschil zullen ze in grote getale niet begrijpen, want ze vinden de lessen op school zo nutteloos dat ze waarschijnlijk het grootste gedeelte van de tijd uit hun neus aan het peuteren zijn. Van futloze docenten willen ze het liefst gehakt maken. Actie moet er komen! School moet weer "leuk" worden. Allochtonen klagen nog veel meer. Zij vinden dat ze minder snel bij docenten terecht kunnen als ze op hun eigen manier praten. Verder is de school vaak te ranzig voor woorden, voelen leerlingen zich onveilig en zuigt de begeleiding veelal aan alle kanten.

Deze klachten snijden overduidelijk hout. Al vaker hebben we gezien en aangetoond dat het binnen het onderwijs, om wat voor niveau het ook gaat, een rotzooitje geworden is. Prioriteiten stellen en eindelijk eens orde op zaken stellen is daarom zonder twijfel een vereiste. We merken echter een vreemde ontwikkeling op waar we eerst de aandacht op willen richten. Het LAKS stelt dat ze het onderzoek hebben uitgevoerd omdat ze van mening zijn dat de mening van scholieren meer centraal moet staan in de besluitvorming. De gemiddelde bakvis van amper 12 jaar heeft tegenwoordig namelijk het mondje vol van allerlei goede ideeën en opvattingen over hoe de school eruit zou moeten zien. Derhalve is het LAKS heel blij met de resultaten van het onderzoek. Steven de Jong, vicevoorzitter van het LAKS, lijkt al een stijve te krijgen van de mededeling dat scholen nu niet meer om scholieren heen kunnen. Alle inspanningen ten spijt moeten we constateren dat doorgeslagen medezeggenschap van scholieren juist een oorzaak is van de ellende.

Degradatie van het onderwijs door meningen van scholieren is niet zo moeilijk te verklaren. Van oudsher hebben scholieren klachten over de school en alles wat daarbij komt kijken omdat het leren van de noodzakelijke vaardigheden nu eenmaal niet spannend is. Rekenen wordt gezien als theoretisch kunstje. Niet als activiteit om het abstracte denkvermogen te stimuleren. U weet wel, het vermogen dat later ook van pas kan komen als het om begrijpend lezen gaat. Taal wordt gezien als mierenneuken in de marge in plaats van gereedschap waarmee we elkaar beter kunnen begrijpen. Mits de juiste regels in acht worden genomen. Andere vakken worden door kinderen eveneens niet begrepen in de veel bredere context. Voor hen is het uit het hoofd leren en dat is vooral erg vervelend. Hun reactie is echter heel begrijpelijk. Onderwijs wordt door volwassenen gemaakt die maar even bepalen wat zij moeten leren en weten. Scholieren willen per definitie iets anders dan is voorgeschreven door wat zij zien als oude lullen die bang zijn voor morgen.

Inspraak is het middel om te kunnen bereiken dat school niet meer zo "saai" wordt. Rekenen? Hoeft niet meer. Gewoon een, twee, veel. Taalbeheersing? "Ik zweer jou; je weet toch?" Dan moet u even de nog relatief nette schrijfstijl die we hier hanteren wegdenken om in de juiste stemming te komen. Wat is nou precies het probleem? Als het aan scholieren ligt, verdwijnt er een heleboel kennis uit het onderwijs. Allochtonen die extreem veel moeite hebben met onze taal of sowieso weigeren zich de Nederlandse taal eigen te maken, zien het liefst een groot deel van het taalonderwijs verdwijnen. Over de consequenties denken ze niet na. Logisch, want het zijn kinderen van wie we niet mogen verwachten dat ze de gevolgen van hun wensen kunnen overzien. De schoolleiding voert niet zelden medezeggenschap in op een manier die meer lijkt op meediscussiëren, meebeslissen en meebepalen. Dit kan niet goed gaan. Kinderen gaan naar school om te leren. Zouden ze reeds alles al weten en met die kennis kunnen meebeslissen, dan was onderwijs overbodig.

Kinderen worden naar mate ze ouder worden steeds mondiger. Met alle kennis en vaardigheden die ze geleerd zouden moeten hebben, zou het niet vreemd zijn als ze die kennis in de praktijk willen brengen. Bovendien komt op een gegeven moment de puberteit roet in het eten gooien waardoor ze denken de hele wereld aan te kunnen. Zo dachten wij ook op die leeftijd en gelooft u ons: zo denken we nog steeds. Het gevolg laat zich raden. Kinderen van amper een jaar of 12 komen als lieve schaapjes van de basisschool in een vreemde omgeving waar ze nog heel onbevangen zijn. Onbekend in een voor hen op het eerst gedicht nieuwe en vreemde omgeving, schikken ze zich naar de leerkrachten. Op een gegeven moment krijgen ze de omgeving en het systeem door en ontstaat de behoefte tegendraads te zijn. Schoolleidingen reageren daarop door de inspraak van scholieren gaandeweg met de jaren te verhogen. Het onderwijs begint dus vanaf de brugklas beetje bij beetje te veranderen van kennis naar gedrochten als het studiehuis.

Leerlingen krijgen feitelijk hun zin. Naar mate ze ouder worden, krijgen ze meer inspraak. Tegen de tijd dat ze 15 zijn, wordt die inspraak bepaald door het systeem van de tweede fase zoals we die in het havo en vwo vinden. Er zijn studieroosters waarmee ze hun eigen tijd kunnen indelen, speciale uren waarop ze kunnen werken zonder begeleiding van de docent en de meeste lessen zijn ingedeeld volgens het principe huiswerk maken in de klas terwijl de docent zogenaamd begeleidt. Zo willen de leerlingen dat kennelijk. Hoewel, het hiervoor genoemde is eerder een consequentie van meer inspraak. Leerlingen hebben meer te zeggen, docenten zeggen niks meer. Dan blijkt dat leerlingen helemaal niet zo gelukkig zijn met hun keuze. De kwaliteit van de leerkrachten is achteruit gegaan en dat laat zijn sporen na in de omgang. Iets te vragen? De nieuwe leraar weet niks meer. Hij wil wel discussiëren. Wiskundedocenten die naar het boek en het internet verwijzen en mentoren die eindeloos ouwehoeren over niks zijn het resultaat.

Uit het onderzoek van het LAKS blijkt verder dat leerlingen in de brugklas nog relatief tevreden zijn, maar naar mate ze langer op school zitten niet meer. De verklaring is nu simpel. In de brugklas werken ze nog enigszins een gestructureerd programma af waarbij de leraar de stof nog beheerst. Gaandeweg in de opleiding merken leerlingen dat ze steeds meer zelf moeten doen. Discussies voeren lijkt heel leuk, maar als we verdomme iets niet weten, dan moet die lambal van een leraar wel kunnen helpen. Leraren worden veredelde coaches met wie scholieren prima kunnen praten en lachen, maar daar is school niet voor bedoeld. Het LAKS wijt het probleem aan het feit dat docenten niet geïnspireerd genoeg zijn om leerlingen te motiveren. Ook dat is juist onderdeel van het probleem. Behalve overal tegen in discussie te gaan, denken leerlingen dat het prettig is als de leraar ervoor zorgt dat alles leuk is. Praktisch gezien worden de kinderen daar dood en doodmoe van. Steeds weer leuk doen. Nooit eens normaal binnenkomen, gaan zitten en luisteren.

Binnen het MBO lijkt het al niet veel beter te gaan. Matthijs van Hugten is scholier op de school voor Handel en Marketing van het ROC in Eindhoven. Hij vervloekt de school om het negeren van de wensen van de leerlingen. Naar de leerlingen zou beter geluisterd moeten worden als ze om structuur en duidelijkheid vragen. Hoofddoel van zijn opleiding zou het bevredigen van klanten zijn, maar zijn behoeften worden totaal niet bevredigd. Van zijn klas met 14 leerlingen zijn er thans nog maar 4 over. De begeleiding zou niet deugen en docenten zouden als makke lammetjes afwachten totdat de leerlingen ergens mee komen. Docenten zouden zomaar de klas verlaten om elders te gaan werken. Aanwezigheid van de docent betekent niet dat er goed les wordt gegeven. Organisatorisch is het er eveneens een rommeltje. Informatie blijft uit, roosters zijn slecht en systemen om resultaten te registreren zuigen. Precies dezelfde klachten spelen in het hbo en op universiteiten. Wij waren in 2004 de eersten die er grootschalig over durfden te publiceren.

De zoveelste schijnoplossing.

De VVD maakt van het onderwijs een heikel punt voor de verkiezingen van 9 juni 2010. Zij stellen dat schooluitval zo'n groot probleem is dat er iets aan gedaan moet worden. Wie strenge tucht en zware straffen verwacht komt bedrogen uit. De partij koppelt latere schooluitval namelijk aan het niet goed beheersen van de Nederlandse taal. Politiek correct voor allochtonen die moedwillig de taal niet willen leren. Daarom willen zij dat elke peuter van 3 jaar verplicht een taaltoets aflegt voordat ze naar de basisschool gaan. Slecht presterende dreumesen zouden dan bijles kunnen krijgen. Onderzoek naar de effectiviteit van de bijles laten echter al jaren negatieve resultaten zien. Kennelijk heeft de VVD zijn huiswerk niet gedaan, want zelfs de weinige positieve effecten lijken na een tijd teniet gedaan te worden. Kortom: de 3 jarige peuters zullen ondanks de inspanningen slecht blijven presteren. Geen wonder. Taalgevoel wordt ontwikkeld door de taal thuis te spreken en voor te lezen. Drie maal raden waar dat niet gebeurt.

Anderen richten zich bij het zoeken naar een oplossing tot de aansluiting tussen de basisschool en het voortgezet onderwijs. "Misschien," zo redeneren zij, "komt al dat gezeik en gekanker wel doordat kinderen op 12 jarige leeftijd nog niet klaar zijn voor het voortgezet onderwijs." Dus verzinnen ze een wel erg "creatieve" oplossing die ronduit gejat is van oude systemen. Namelijk de invoering van een tienerschool wat feitelijk niks anders is dan het verlengen van de basisschool met 2 jaren door er een groep 9 en een groep 10 aan vast te plakken. Ronden de leerlingen groep 10 af, dan gaan ze meteen naar de 3e klas van het voortgezet onderwijs. Onder het motto dat ze dan iets ouder en hopelijk wijzer zijn zodat de overgang soepeler verloopt. Wat ons betreft is dit je reinste boerenbedrog. Kinderen langer op de basisschool houden lost het probleem van het slechte onderwijs natuurlijk nooit op. Verandering van omgeving is het probleem niet. Slechte omgevingen zonder structuur, discipline en tucht wel.

Bovendien zullen kinderen op den duur toch de overstap moeten maken. Is het niet in de periode dat het speelse kind iets serieuzer moet worden, dan is het wel in die moeilijke periode van de puberteit. Ook maken we ons ernstig zorgen over de kwaliteit van het onderwijs. Op het voortgezet onderwijs is iedere docent gespecialiseerd in zijn vak. De tienerschool biedt 4 leraren aan die hooguit algemeen geschoold kunnen zijn. Problemen met samenwerkend leren, discipline en structuur die op het voortgezet onderwijs ontwikkeld moeten worden zien we nou ook niet bepaald verschijnen op zo'n tienerschool. Tot slot merken we op dat het uit ten treure beschermen van kinderen averechts kan werken. Straks worden leerlingen van de tienerschool compleet verrast door iets waar andere leerlingen al 2 jaar aan hebben kunnen wennen. Scholen moeten zich afvragen of dat principe de problemen niet versterkt. Kinderen moeten zich ontwikkelen en daarbij hoort ook het leren omgaan met een compleet veranderde omgeving.

Durft er dan niemand te spreken over de inhoudelijke kant van het onderwijs en de problemen die leerlingen ondervinden met docenten? Het ministerie van onderwijs organiseerde laatst een innovatiewedstrijd waaruit de meest bizarre oplossingen zijn gekomen. De wedstrijd ging uit van de situatie waarin er geen leraar is door lerarentekort. Leraren die niet voldoen aan de eisen kunnen eveneens beschouwd worden als afwezig, vandaar dat het hier wel erg relevant is. Hoe zouden de 44 deelnemende scholen dat nou oplossen? De resultaten zijn verbazingwekkend. Fuck de leraar, waar hebben we die nou voor nodig? Volg gewoon elektronische virtuele lessen op de computer. Leraren worden in die visie weggelaten of hooguit voor de taak gesteld om instructie te geven. Lessen worden overbodig. Een leraar die wel zijn vak verstaat is nodig om videostreams te maken die vervolgens door iedereen worden bekeken. Bang dat de goede leraar aan het uitsterven is? Videolessen op Youtube worden de toekomst. Nooit meer naar school en lekker achter de PC hangen.

Overweging.

Eigenlijk is het onderwijsprobleem deels te herleiden tot de volledig doorgeslagen discussiecultuur binnen het onderwijs waardoor oude degelijke onderwijsmethoden, discipline en structuur verdwenen zijn. Interessant is in de eerste plaats de vraag hoe het zover heeft kunnen komen. Oudere generaties hameren op de goede oude tijd waarin discipline, kennisoverdracht en het aanleren van vaardigheden centraal stond. Houden we tegenwoordig een onderzoek onder moderne scholieren, dan merken we op dat ook zij lijken te schreeuwen om meer structuur, discipline en de goede oude leraren van weleer die hun vak verstonden. Allemaal willen we blijkbaar hetzelfde. Waarom is het hedendaagse onderwijs dan zo verziekt? Heel vaak hebben we als verklaring gevonden dat het onderwijs drastisch veranderd moest worden om allochtonen grotere kansen te bieden onder het mom van de positieve discriminatie. Objectief meetbare kennis en vaardigheden moesten verdwijnen omdat de toetsing van die kennis wel eens tot discriminatie kon leiden.

Problemen lagen vooral bij de taalbeheersing. Indien een basisniveau als ingangseis wordt gesteld, vallen vele allochtonen buiten de boot. Kan iemand niet van de basisschool afkomen zonder basiskennis, dan wordt dat eveneens als oneerlijk gezien door de slappe linkse politiek. Dictees, opstellen, grammatica, woordenkennis en begrijpend lezen zijn allemaal aangepast tot een niveau waarop allochtonen konden gedijen zodat ze ook diploma's gingen halen. Oude rekenmethoden werden afgeschaft en vervangen door subjectieve methoden zodat er beoordeling op huidskleur gunbasis mogelijk werd. Groepjes vormen, samenwerkend leren, tweede fase en het studiehuis zijn werkvormen die het proces versterkt hebben. Hoofddoel was het creëren van een onderwijssysteem waarin iedereen zijn diploma kan halen. Wie het niet kan, krijgt toch de mogelijkheden zodat niemand per ongeluk kon discrimineren. Tot overmaat van ramp kwam de toegenomen discussiecultuur het desastreuze effect van de PvdA-vernieuwingen versterken.

U moet zich het onderwijssysteem nu voorstellen als een mengelmoes van verschillende methoden en opvattingen die allemaal subjectief zijn. Subjectief in de zin van dat het beoordelen van prestaties zo'n beetje met de natte vinger in de lucht gebeurt. Wat gebeurde er toen? Leerlingen willen steeds meer inspraak. Logisch, want als zwarte Achmed een voldoende krijgt zonder de taal te beheersen, dan wil een blank kind dat in straattaal rapt ook een mooi cijfer. Daar wordt grof over gediscussieerd. De volgende stap is de constatering dat een discussie voeren met de leerkracht blijkbaar zorgt voor een hoger cijfer. Leerlingen denken dan belang te hebben bij de discussiecultuur. Ondertussen voert de schoolleiding een systeem in van teamleiders die zich formeel gedragen als beoordelaar en werkgever van de docent. Hier kunnen leerlingen klagen over het functioneren van hun docent. Docenten staan met de rug tegen de muur. Structuur bieden kan niet, want leerlingen willen en mogen over alles discussierën.

Een docent is veel tijd kwijt aan zinloze discussies, kan minder doen aan zijn vakkennis en heeft minder tijd om leerlingen echt te helpen. Teamleiders zijn er een kei in geworden om de administratieve last voor de docent te verhogen. Zo moeten alle resultaten en uitkomsten van die discussies geregistreerd worden zodat de teamleider er kennis van kan nemen. Doet een docent niet wat de leerling wil of vindt de leerling dat hij gewonnen heeft in de discussie, dan kan hij de docent op het matje laten roepen bij de teamleider. Al dit soort zaken zorgen ervoor dat de docent niet meer fatsoenlijk kan functioneren. Leerlingen merken dat het slecht gaat en willen meer inspraak om te discussiëren. Waarom? Om zogenaamd goed les en structuur te krijgen. Zo draaien we in een cirkel rond. Van subjectiviteit naar discussie, via een chaotische les naar de wens om meer te discussiëren. De discussiecultuur is volledig doorgeslagen en zorgt niet voor de vereiste structuur.

Eerst en vooral moeten we af van die afschuwelijke discussiecultuur. Leerlingen moeten beseffen dat zij als kinderen op school zitten om te leren en dat er deskundigen zijn die het onderwijsbeleid professioneel voor hun rekening moeten nemen. Iedereen wil structuur. Dus? Breng de ouderwetse stalen tucht en ijzeren discipline terug. De leerkracht is de baas in zijn lokaal. De leerling komt binnen, gaat zitten en houdt zijn mond. De leraar geeft uitleg, bespreekt het eerder gemaakte werk en begeleidt vervolgens leerlingen die in stilte werken. Huiswerk maken is een vanzelfsprekendheid en iedereen gedraagt zich naar de huisregels. Is de structuur, kennisoverdracht en het aanleren van vaardigheden eenmaal verzekerd, dan is er geen noodzaak meer voor leerlingen om te discussiëren. Praten over van alles en nog wat kan op vele plaatsen, maar niet meer in het lokaal waar de structuur heerst. Onderwijs moet weer objectief en neutraal worden. Willen leerlingen gehoord worden? Prima. Daar zijn genoeg andere mogelijkheden voor.
Reacties: 2
Pagina's: 1

Reactie door David op 12-04-2010 om 17:20.
Precies, ik spreek uit ervaring dat leerlingen te lui worden. De schuld bij docenten leggen en vervolgens met dingen als 'protest tegen de 1040-uren norm' komen of zeiken dat de leraren ze niet genoeg motiveren.

Reactie door Moswolkje op 13-04-2010 om 00:13.
Tijdregistratie is een prima middel als het bijvoorbeeld reintegratiebedrijven betreft, maar niet als het onderwijs aangaat.
Bij reintegratiebedrijven is het een zaak van: hoeveel weten zij al, en hoeveel tijd wordt hiet aan gespendeerd?
Bij blanco scholieren is het juist van belang om een neutrale kijk op de scholieren te krijgen/hebben....en daarbij...hoe blanco mogen leerlingen zin als zij al van een andere onderwijsinstelling afkomen?

Reactie toevoegen
U dient in te loggen om een bericht te kunnen plaatsen.
 Houd het hier netjes. Hartelijk dank.

Misdefinitie
Copyright (c) 2004-2023.

C:\>Misdefinitie\type info.txt
Technisch beheerder: Lewis Leonardo.
Contact opnemen kan via een e-mail naar info apending misdefinitie.nl.