Mis·de·fi·ni·tie (de ~ (m.), ~s)
1 Politiek correct geformuleerde definitie waarmee men door middel van leugen en bedrog de werkelijke aard van misstanden probeert te verhullen door deze te rechtvaardigen.
- Misdefinitie gaat over misstanden en gedrag van criminelen, radicalen en terroristen.
- Stop de #CancelCultuur! Stelletje moraalnarcisten, u bent geen beter mens als u mensen uitsluit vanwege hun politieke gezindheid.
- De vrijheid van meningsuiting is absoluut! Wat wij mogen schrijven, bepaalt niet de juut!
- Stiekem sollicitanten googelen en ze dan cancelen? Uw naam wordt geregistreerd en doorgegeven!
Gebruikersnaam: Wachtwoord:
# Home # Boek HvA (Uitverkocht) # Registratie # Contact #
Misdefinitie artikelen
Pagina: 7 / 44: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44

742 Waan van de Marokkaan
741 Spijt van hufterigheid
740 De dommenmaatschappij
739 Gekleurde riooljournalistiek ontmaskerd
738 Hitler, please come back!
737 UvA-hoer op discriminatietoer
736 Digitaal gaat met u aan de haal
735 Islam het virus der gestoordheid
734 Kiezen te verliezen
733 Prestige van het onderwijs
732 Uploadklant is een schooier
731 Hang op, klik weg, stap uit de EU!
730 Multikul? Dikke lul!
729 Fok! die gore pedofielen!
728 Zing een allochtoontje lager
727 Vrijgestelde onzinnigheid
726 Oost-Europeanen zijn net Marokkanen
725 Smachten naar kinderkutjes
724 Fraude is het nieuwe werken
723 Misdefinitie.nl wenst u een relativerend 2014

727 # Vrijgestelde onzinnigheid #
Gepost door Misdefinitie op 21-01-2014 om 23:52.
Opleidingen bestaan niet alleen maar uit onderdelen die later noodzakelijk of nuttig zijn voor het beroep dat u ermee kunt uitoefenen. Des te langer u naar school gaat, des te groter is de kans dat u vermoeid gaat worden met triviale kennis waarover u allang beschikt. Dit kan tot belachelijke taferelen leiden. Van een ingenieur in de Informatica wordt op een andere opleiding verwacht dat hij (weer) een basiscursus programmeren neemt, iemand met al 10 jaar ervaring heeft (indien hij weer begint met studeren) een snuffelstage op het programma staan om aan een werkroutine te wennen en een leraar wiskunde zal zich moeten verbijten op een introductie in de statistiek. Tijdverspilling en nu niet bepaald een motivatie om eens iets anders te gaan studeren. Binnen het hoger onderwijs hebben ze daarom het concept van de vrijstelling bedacht. Heeft u elders de kennis al opgedaan, dan hoeft dat naderhand niet nog eens. Vrijstellingen bezorgen onderwijsinstellingen vaak hoofdbrekers. Behalve dat ze er bureaucratisch een potje van maken, meten ze met twee maten.

Sul van de studieadviseur.

Universiteiten en hogescholen trachten vanwege commerciële, financiële en economische redenen, te doen alsof zij speciale opleidingen aanbieden met unieke onderdelen die nergens anders gevolgd kunnen worden. Het royaal verlenen van vrijstellingen staat haaks tegenover deze filosofie omdat een vrijstelling juist impliceert dat de opgedane kennis helemaal niet uniek is en er ook voor zorgt dat studenten sneller afstuderen en derhalve minder geld in het laatje brengen. Toch roepen ze het over zichzelf af. De meeste opleidingen schrijven in hun curricula vrije keuzevakken voor. De invulling van die keuzevakken is nauwelijks aan eisen onderhevig. Elk onderdeel binnen het hoger onderwijs van gelijkwaardig niveau en hoger, niet zijnde propedeusevakken, mogen daarvoor worden ingezet. De naam zegt het al: de student mag kiezen. De vakken hoeven niks met de opleiding te maken te hebben. Doel is verbreding van de kennis. Naast vrije keuzevakken komen er nog algemene vaardigheden en kennis die in heel veel opleidingen voorkomt, in aanmerking voor vrijstellingen.

De casus die in dit artikel besproken gaat worden stamt reeds uit 2011, maar aangezien we recent nog veel signalen krijgen dat een en ander nog steeds op dezelfde manier gaat, is de problematiek rond vrijstellingen nog altijd zeer actueel. Ditmaal onderzoeken onze medewerkers de situatie op de Faculteit der Rechtsgeleerdheid (FdR) van de Universiteit van Amsterdam (UvA). Ons doelwit heeft al een universitaire opleiding binnen de sociale wetenschappen afgerond en is Rechten gaan studeren omdat hij zo vaak voor de rechter gedaagd wordt wegens gedachtemisdaden. De bacheloropleiding bevat 30 ects aan vrije keuze terwijl de meeste masters 10 ects aan vrije keuze bevatten. Aangezien de vorige opleiding minstens 240 ects aan punten waard is en vrije keuzevakken met elk vak mogen worden ingevuld, lijkt dit een simpele routineklus. Er zijn namelijk zes keer zoveel punten gehaald. Genoeg verbreding van de kennis. Elke keer verbaast het ons weer dat ogenschijnlijk eenvoudige handelingen, door bureaucraten zo verpest kunnen worden.

Voor 40 ects aan vrijstellingen krijgen, betekent dat we 2/3 jaar minder hoeven studeren. Zeker in deze tijd is dat belangrijk. Wellicht heeft u de discussie gevolgd van boze studenten over het instellingscollegegeld. Wie al een studie binnen het hoger onderwijs heeft afgerond, betaalt een tarief dat de universiteit zelf kan vaststellen en dat vele malen hoger ligt dan het wettelijke collegegeld. Onze kandidaat heeft al een opleiding afgerond op basis waarvan hij vrijstellingen wil krijgen bij zijn nieuwe studie. De UvA vraagt voorts 9.000 euro per jaar voor de bachelor en 12.000 voor de master. Ter vergelijking: het wettelijke tarief hangt zo rond de 1.700 euro! 2/3 jaar minder hoeven studeren, scheelt dan al gauw 9000 euro. Kortom, we betalen tussen de 6 en 8 keer zoveel als een reguliere student. Een bedrag dat nooit in verhouding staat voor wat de student er uiteindelijk voor terug krijgt. Desondanks gaan we proberen of men voor dat hele grote bedrag dat we betalen eens hun werk goed wil doen.

Gezien de financiële complicaties en de tijdbesparing die een vrijstelling met zich mee kan brengen, willen we ons goed voorbereiden. De eerste stap is dan een studieadviseur zoeken om zo een gesprek te hebben over hoe we het beste een verzoek tot vrijstelling kunnen richten aan de examencommissie. Tot onze onvrede, kunnen we alleen een afspraak maken met een studieadviseur via de onderwijsbalie van de faculteit. U moet weten dat ze bij die balies gewoon studenten neerzetten die zelf nota bene hun opleiding niet hebben behaald en nergens voor verantwoordelijk te houden zijn, maar goed, wij zijn blijkbaar de enigen die dat raar en onacceptabel vinden voor een service die heel belangrijk is voor studenten. We dienen ons aan bij de balie en melden dat we een afspraak willen maken met een studieadviseur. Een sullige jongeman die vroeger vast vaak gepest werd, keek ons met grote onheilspellende ogen aan. "Vrijstellingen moet je aanvragen bij de examencommissie. Daar gaat de studieadviseur niet over." Maar we willen advies. "Stuur maar een mail."

Wie wel eens voor een ziek geworden persoon de dokter heeft gebeld en een oliedomme assistente aan de lijn heeft gehad die, zonder dat ze daarvoor bevoegd is, eventjes op afstand bepaalt dat het niet belangrijk genoeg is om de dokter te laten komen, weet wat voor woede dat opwekt. Hersenloos stuk vuil, studenten hebben het recht om studieadviseurs te raadplegen. Waar betalen ze anders voor? Meteen de boel laten escaleren is niet onze stijl. We sturen de adviseurs een mail. Tot onze verbazing krijgen we van dezelfde sul dezelfde reactie terug dat we het verzoek tot vrijstelling zelf maar moeten indienen. Fuck het advies dan maar, uit ervaring weten we dat die adviseurs zelf ook geen donder weten en kunnen. Bij de examencommissie doen we voorts een nette aanvraag voor de door ons gewenste vrijstellingen. Voor de kenners: het betreft hier een bestuursrechtelijke procedure die een besluit oplevert. Om misverstanden te voorkomen, leggen we in onze aanvraag netjes uit op welke manier de verwerking moet geschieden. Een kind kan de was doen.

Normaliter duurt het weken voordat de examencommissie een besluit neemt, maar in dit geval kregen we na een week een bericht van studieadviseur Anne Heldring dat het karakter droeg van een beslissing. Zeer vreemd en heel fout, want de bevoegdheid om beslissingen te nemen over het al dan niet toekennen van de vrijstellingen ligt uitsluitend in handen van de examencommissie. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat zo'n teringstudieadviseur zonder kennis van zaken aanvragen gericht aan de examencommissie tegenhoudt en voor het gemak maar eventjes afdoet met een standaardbriefje. De examencommissie moet het besluit nemen. Een zeer kwalijke procedurefout die naar onze mening direct grond is voor ontslag op staande voet. Helaas moesten we het er maar mee doen, want als die lui gewoon fysiek aanvragen tegenhouden en daarmee de aanvrager niet serieus nemen, kan er door studenten niks aan gedaan worden. Tot onze afschuw bevatte de mail van de studieadviseur een hoop stront wat in zijn volledigheid niet deugde.

Allereerst stelt de studieadviseur dat vrijstellingen niet via een aanvraag moeten worden aangevraagd, maar dat we moeten wachten totdat het volledige diploma is behaald. Om vervolgens bij die onbenullen van de onderwijsbalie, u weet: de studenten die zelf niet eens een diploma hebben, een verzoek te doen om die onderdelen vrij te stellen. Dit is apert onjuist en in strijd met de wet. De examencommissie is de enige die toestemming kan verlenen. Dat moet voor het afstuderen. De examencommissie moet op basis van dat verzoek een inhoudelijk onderzoek doen. Desnoods de student laten aantonen of die kennis nog wel aanwezig is. Voorts komt er een besluit. Wel of niet toegekend. Wordt het toegekend, dan moet het onmiddellijk als resultaat worden ingevoerd zodat de student daar zekerheid over heeft. Dit zijn landelijke regels. Adviseurs die dat aan hun laars lappen, zijn ongeschikt voor het werk dat ze doen. De vrijstelling voor de master wordt voor het gemak even aan de kant geschoven vanwege een interne geldigheidsduur die overschreden zou zijn.

Aangezien een studieadviseur niet bevoegd is om besluiten te nemen, kunnen we de mail als opinie beschouwen en sturen we onze visie terug. Met betrekking tot de bachelor wijzen we haar op de regels. Toekennen betekent onmiddellijk administratief in orde maken. Geen gezeik. Met betrekking tot de master wijzen we haar erop dat de geldigheidsduur voor masteronderdelen van de FdR weliswaar slechts 5 jaar is, maar dat de reglementen voor een volledig diploma minstens 10 jaar tot onbeperkt voorschrijft. Dat de vrijstelling na toekennen en registratie een masteronderdeel wordt en daarna nog maximaal 5 jaar geldig is, is heel iets anders. Tot slot merken we op dat de commissie verplicht is om een besluit te nemen en dat het niet mag blijven bij de afwijzing van een studieadviseur. Helder en duidelijk. Dachten wij. Weer twee weken later plofte een "officieel" besluit op de deurmat met precies dezelfde tekst. Mr. A.J. Heldring had schijt aan onze bezwaren en de regels. Precies dezelfde onzinmail stuurde ze op papier, maar nu ondertekend namens de secretaris van de examencommissie, prof. dr. C.M. Cappon.

Conform artikel 7.61 Wet op het hoger onderwijs (WHW) kunnen we wel beroep instellen tegen de beslissing van de examencommissie bij het College van Beroep voor de Examens UvA (Cobex genaamd), maar dat is een nogal zware interne procedure die niet te lichtzinnig gebruikt moet worden. Vandaar dat we het probleem in der minne proberen op te lossen. Wederom bij de beruchte onderwijsbalie. "Nee meneer, de studieadviseurs zijn daar niet voor. U moet maar in beroep gaan." We merken op dat er in de studiegids vermeld staat dat studieadviseurs het op prijs stellen als studenten nog eenmaal langskomen als ze zo'n zware procedure overwegen. "Niks mee te maken, u kunt geen afspraak maken." Godverdomme, ruig gelijk onze wc-borstel vuile miet. Dan gaan we maar in beroep. Nette brief gemaakt waarin we onze perikelen met de studieadviseur eveneens uiteen zetten. Inmiddels zijn we ruim 5 weken bezig. Onder verwijzing van de relevante wetten en bepalingen, leggen we het College uit wat het probleem is.

Van het College krijgen we het bericht dat ons beroepsschrift is doorgestuurd en dat zij het op prijs stellen als partijen proberen er samen uit te komen. Prima, we bezoeken wederom de onderwijsbalie voor een afspraak en proberen na de zoveelste mislukte poging de studieadviseur te bellen. Lukt ook niet. Ruim 10 weken na onze eerste aanvraag, kregen we opeens een mail van de adviseur. Of we contact willen opnemen. Weer naar de onderwijsbalie en wederom werd ons een afspraak geweigerd. Die lui deugen niet; ze trachten zo vaak mogelijk studenten weg te sturen die de studieadviseurs willen spreken. Waarschijnlijk omdat veel studenten die teringbureaucraten inmiddels de nek wel kunnen omdraaien. Dan maar een mail teruggestuurd met de mededeling dat over alles te praten valt, maar wel serieus. We willen een normale afspraak, niet via de telefoon, waarbij iemand van de examencommissie uiteraard ook aanwezig is. Na onze mail horen we nooit meer iets. We bellen nogmaals en krijgen warempel de studieadviseur aan de lijn die zegt dat het niet meer hoeft "omdat wij de zaken toch anders interpreteren dan ze zijn".

Falende examencommissie.

Drie maanden na de oorspronkelijke aanvraag, kregen we het verweerschrift van de examencommissie onder ogen. De examencommissie erkent dat toegekende vrijstellingen inderdaad meteen moeten worden verwerkt. Opvallend is dat ze daarmee een extreem grote fout van zowel de studieadviseur als de secretaris van de examencommissie toegeven, maar wel pas op het moment dat er al een zittingsdatum is gepland voor het beroep. Maar, zo betoogt de commissie, de datum die het onderdeel krijgt, is wel de datum waarop het behaald is. Nee, nee, godverdomme NEE! Dit conflict is ontstaan omdat de examencommissie blijkbaar het verschil niet kent tussen een tentamen dat behaald is en later ingezet wordt voor het diploma en een vrijstelling die als tentamen op datum van toetsing wordt geregistreerd. Wie een tentamen haalt in 2005, krijgt 2005. Wie elders iets haalt en in 2011 vrijstelling vraagt, krijgt 2011. Onderdelen elders ingezet voor een diploma, kunnen niet voor een tweede keer met hun oorspronkelijke datum ingezet worden. Een vrijstelling is in feite een nieuwe toetsing / tentamen op een nieuwe datum.

Het tweede discussiepunt gaat over de geldigheidsduur die in deze casus met betrekking tot de master verlopen zou zijn. Die geldigheidsduur is op 5 jaar gesteld terwijl het diploma op basis waarvan de vrijstelling wordt aangevraagd, op het moment van aanvraag 5 jaar en 2 maanden was. Waren we gewoon te laat of is hier toch iets anders aan de hand? Hadden we deze hele discussie niet eens hoeven voeren als we gewoon 2 maanden eerder de aanvraag hadden gedaan? De UvA suggereert van wel, maar hier is nog iets aan vooraf gegaan. We hadden al eerder geïnformeerd hoe het nu zat met die vrijstelling, maar het antwoord was dat we pas vrijstellingen konden aanvragen als we daadwerkelijk voor de opleiding ingeschreven staan. Achteraf bleek dat natuurlijk onzin. Zeker gezien de kosten van een tweede opleiding, is het logisch om eerst te weten of die vrijstelling er komt voordat we inschrijven. Van dit zeer slechte, naar nu blijkt desastreuze, advies dat we van de onderwijsbalie kregen, is natuurlijk niks meer terug te vinden.

Vandaar dat we de geldigheidsduur op een andere manier moesten aanvallen. Het onderwijsexamenreglement geeft aan dat de geldigheidsduur moet worden berekend vanaf het moment dat de vrijstelling is toegekend. Een toegekende vrijstelling impliceert immers dat de examencommissie inhoudelijk heeft getoetst of de student (nog steeds) over de kennis beschikt. Wie in 2010 met een diploma uit 2005 komt aanzetten, zal hoogstwaarschijnlijk gevraagd worden door middel van een toets door een bevoegde examinator aan te tonen hoeveel daar nog van over is. Maar goed, van 240 ects om 10 ects vrijgesteld te krijgen, is altijd nog wel voldoende over. De examencommissie stelt dat de datum ingaat op moment van het oorspronkelijke tentamen, maar bij een vrijstelling is die inhoudelijke toets het tentamen. De commissie erkent dat de geldigheidsduur alleen voor tentamens geldt. Diploma's zijn onbeperkt geldig. Wel, dan geldt die geldigheidsduur dus niet voor een volledig diploma, maar die conclusie wil de commissie niet trekken.

Examenreglementen worden regelmatig veranderd. De onbeperkte duur stond, zeker voor doctoraalonderdelen in het oude systeem, vast. Daarna is het 10 jaar geworden. De commissie zegt simpelweg dat als zij het reglement opeens veranderen, dat voortaan de regel is. Terwijl er in de nieuwe regels toch echt letterlijk staat dat de oudere onderdelen en examens hun geldigheid behouden. Schijt denkt de examencommissie, zij interpreteren het zo dat er staat dat oude onderdelen mogen worden ingezet. Wel maken ze hierbij de fout om toe te geven dat de geldigheidsduur 10 jaar hoort te zijn in plaats van 5, maar in plaats van ons gelijk te geven negeren ze dat. Voorts zeggen ze weer dat examens onbeperkt geldig zijn, maar toch blijven ze vasthouden aan die 5 jaartermijn. Men spreekt zich continu tegen. Dat brengt de geloofwaardigheid ernstig in het geding. Tot slot geven ze toe dat ze erg slecht reageren. Onze bezwaren zijn stelselmatig genegeerd. De examencommissie vraagt verontschuldiging. Wij hebben liever de vrijstelling in plaats van hun ongemeende excuses.

Ter rechtvaardiging van het niet reageren op onze verzoeken, bezwaren en pogingen om het conflict samen op te lossen, geven ze aan dat ze sowieso op inhoudelijke gronden die vrijstelling toch nooit hadden gegeven. Verdomme, wat een klote attitude. Zo werkt dat niet. De examencommissie is na een aanvraag verplicht om tot een inhoudelijke toetsing te komen. Hadden ze dat niet achterwege gelaten, dan hadden we in beroep kunnen gaan tegen de manier waarop die toetsing verlopen is. Nu konden we enkel in beroep tegen de weigering vanwege de geldigheidsduur en is ons een instantie door de neus geboord. Willen we alsnog protesteren tegen die toetsing, dan betekent dat een dure en vervelende gang naar de rechter. Overigens is die geldigheidsduur er zomaar eventjes in gemoffeld. Terwijl deze procedure liep, hebben ze even snel hun interpretatie van die geldigheidsduur aan alle studenten gestuurd. Beleidsverandering terwijl een beroepsprocedure loopt die hun fouten aantoont. Daar komt u normaal nooit achter. Totdat wij schrijven.

Het beroep bij Cobex.

Bij het College willen ze weten of we het beroep doorzetten. Natuurlijk zetten we door. Dit deugt van geen kant. Zodoende werden we, 4,5 maand na onze aanvraag, ontvangen in het Maagdenhuis in Amsterdam. Een bekende plek. Aldaar aangekomen werd de sfeer meteen gezet. Melden bij de balie, moeten wachten, opgeroepen worden en dan worden wij door het College verzocht even buiten te wachten terwijl zij gezellig een warm onderonsje hadden met de commissie. Om na 10 minuten de deur open te doen, ons binnen te roepen en met een schijnheilige grijns te melden dat zij echt onafhankelijk zijn. Lik onze poesjes maar schoon stelletje gladgestreken huichelaars. Tijdens procedures doen we graag alsof we de gemiddelde student zijn die overdonderd raakt door het College, maar in werkelijkheid hebben we 14 jaar ervaring in het hoger onderwijs, meerdere opleidingen afgerond en honderden teksten geschreven. Bij binnenkomst zaten de aanwezigen ons al minachtend aan te kijken. Erg gezellig zou het niet worden, maar daar kwamen we ook niet voor.

Aan de kant van het College waren voorzitter prof. dr. J.W. Zwemmer, lid drs. P.L. Hilkhuysen, secretaris mr. drs. F. Broekhorst en studentlid J.T Duin aanwezig. Aan de rechterkant van de tafel namen de twee verweerders van de examencommissie plaats. De al eerder genoemde studieadviseur mr. A.J Heldring en secretaris prof. dr. C.M. Cappon. Wij werden uiteraard vertegenwoordigd door onze beheerder; zie voor zijn titulatuur onderaan deze website. Na het verplichte praatje om de UvA in een goed daglicht te stellen, liet de voorzitter duidelijk weten hoe zulke hoorzittingen verlopen. Bij haast elk argument dat we gaven, onderbrak hij ons en sprak hij ons tegen. Opmerkingen die het College hooguit pas als beslissing op papier zou moeten geven, werden meteen gebruikt ter intimidatie. Fuck you, we hadden zelf al pleitnota voorbereid. Mondje dicht, luisteren, meelezen en vooral begrijpend denken. Nadat we de reeds hierboven besproken standpunten uiteen hadden gezet, liet de heer Cappon weten het niet te hebben voorbereid. Hij bleef op de eerder gedane standpunten staan. De hoorzitting was daarna snel afgelopen.

Ruim 5,5 maand na de aanvraag, kregen we de beslissing van het College. Het College zegt de redenering te kunnen volgen dat toegekende vrijstellingen in de administratie moeten worden gedateerd op de datum van de toekenning. Men gaat immers altijd al uit van de oorspronkelijke datum. Concreet betekent dit dat een vrijstelling die in 2010 wordt aangevraagd op basis van een diploma uit 2005, inderdaad zoals wij al die tijd al hebben gezegd de datum in 2010 krijgt. Heel logisch, want in 2010 heeft immers een nieuwe inhoudelijke toetsing cq beoordeling plaatsgevonden door de examencommissie. De commissie heeft dus op het belangrijkste punt ongelijk gekregen van het College. De 30 ects die toegekend zijn voor de bachelor, moeten derhalve correct worden verwerkt. Op het moment dat die ects worden verwerkt en in de administratie worden opgenomen, is het (althans voor die student) een tentamen geworden. Het College benadrukt voorts dat op dat moment de geldigheidsduur gaat lopen. Dat betekent dat we wel voor 2020 het diploma moeten halen.

Mooi dachten we, het College zou de redenering goed in zijn hoofd hebben zitten, dan is de rest van de puzzel niet moeilijk meer. Gewoon consequent dezelfde redenering toepassen op de master nietwaar? Helaas gaat het College hier de fout in. Vraagt een student in 2010 een vrijstelling aan voor een master en wordt deze toegekend, dan wordt deze vrijstelling gedateerd met een datum uit 2010 en wordt het een tentamen. Dat er daarna een geldigheidsduur op zit van 5 jaar en de student derhalve voor 2015 voor deze master moet afstuderen, is van latere zorg. "Kut," dacht het College toen blijkbaar, "die klojo heeft gelijk. De geldigheidsduur gaat over de periode NA registratie als tentamen voor de huidige opleiding; niet over de periode tussen diploma en aanvraag van de vrijstelling. Nu moeten we hem volledig gelijk geven." Vandaar dat het College een hele andere weg koos voor een andere beslissing. Het College durfde het beroep niet gegrond te verklaren vanwege deze kolossale fout van de examencommissie en kronkelde in vreemde bochten.

Hiervoor stelde het College dat wij in feite in beroep gingen om van het College een inhoudelijk oordeel te vragen over het toekennen. Dikke bullshit, in ons beroepsschrift stond bovenaan heel duidelijk dat we in beroep gingen tegen het besluit van de examencommissie om vrijstellingen niet op te nemen in de administratie en ten onrechte uitging van een geldigheidsduur. We konden niet eens in beroep gaan tegen de inhoudelijke beoordeling omdat die beoordeling er nooit is geweest doordat onze aanvraag afstuitte op de geldigheidsduur. De juiste procedure die het College derhalve had moeten volgen, is het beroep gegrond verklaren zodat de examencommissie een nieuw besluit had moeten nemen; ditmaal wel met een inhoudelijke toetsing. Daar hadden deze heren geen zin in. Het ongelijk toegeven? Bah, daar beginnen ze niet aan. De heer Cappon gaf aan dat hij heeft getoetst pal voor de zitting. Ja dikke lul, op het moment dat ze op hun fouten gewezen worden, zeggen ze maar even dat ze wel getoetst hebben, want dat kan de tegenpartij op dat moment toch niet controleren.

Fout besluit, dus vernietigen en een nieuw besluit. Zo hoort dat wettelijk. Toen kwamen de praatjes. De dag van te voren zijn ze even met de vakkenlijst naar de masteropleiding gegaan en hebben ze de coördinator zover omgeluld dat die wel even zou weigeren. Bewijs? Nee hoor, we moeten hem maar op zijn woord geloven. Kunnen we dan nog in beroep? Nee, want het College doet alsof de inhoudelijke toetsing al is gedaan. Met andere woorden: ons wordt zomaar even de mogelijkheid om beroep aan te tekenen tegen deze belabberde manier van toetsen, door onze neus geboord. Maar wacht, het wordt nog gekker. Het College overweegt voorts dat de vrijstelling, al zou er geen geldigheidsduur zijn, toch nooit gegeven zou omdat de examencommissie aangaf dat de vakken wel raakvlakken moeten hebben met de opleiding en dat niet het geval is. Ja dag, zo werkt dat niet. Vrije keuzevakken zijn vrij. Niks raakvlakken. Sodemieter op. Overigens hebben de meeste academische opleidingen minstens 10 ects aan raakvlakken. Bijvoorbeeld academische vaardigheden, onderzoek en schrijven.

Kortom, we hadden volledig gelijk. Vrijstellingen moeten gedateerd worden op een datum na de aanvraag vanwege de inhoudelijke toetsing, ze moeten als tentamen worden opgenomen in het curriculum van de huidige opleiding en de geldigheidsduur is daarna pas relevant. Ons beroep had gegrond verklaard moeten worden en de examencommissie had wettelijk gezien een nieuw besluit moeten nemen over de inhoudelijke toetsing. Dat ze die toetsing dan alsnog hadden kunnen afwijzen, is niet relevant. Waar dient het bestuursrecht anders voor? Het College is in het leven geroepen om slechte besluiten die tegen wet- en regelgeving indruisen, te vernietigen zodat er alsnog recht kan worden gedaan. Als het College dat nalaat met het idee dat de aanvraag sowieso nooit zou worden goedgekeurd, is dat je reinste corruptie. Schijt, dacht het College. Gewoon ongegrond verklaren, dan zitten zij altijd goed. Uiteindelijk hebben we voor 75 %, dus voor 30 van de 40 ects, gelijk gekregen op de manier zoals het hoort na bijna 7 maanden na de aanvraag.

Overweging.

Gelijk hebben betekent slechts zelden ook gelijk krijgen. Mensen zijn nooit zo happig op toegeven dat de ander gelijk had. Vooral niet tijdens officiële procedures die openbaar op schrift worden gesteld. Kan er namelijk vaker aangetoond worden dat goedbetaalde bureaucraten er een zooitje van maken, dan functioneren ze klaarblijkelijk niet en komt er een moment waarop ze moeten oprotten om een ander de kans te geven. Op het moment dat ze niet anders kunnen dan de student 100 % gelijk te geven, moffelen ze dat stiekem weg onder een hoop juridische blabla en verklaren ze het beroep ongegrond op basis van een inhoudelijke toetsing waartegen nooit beroep ingesteld kon worden. Juridisch een doodzonde, maar wie weet dat nu? Wij ja en u nu ook, maar de doorsnee Nederlander die het beroepsschrift en de beslissing onder ogen krijgt, zal door deze gang van zaken denken dat wij grote zeikerds zijn. Zulke procedures voeren we echter niet om het gelijk. De beslissing is een ding, maar het gaat erom dat het hele traject leermomenten oplevert.

Tijdens zo'n procedure komen er misstanden aan het licht die anders verborgen zouden blijven; zelfs voor professionele accreditatiecommissies. Zo kwamen we erachter dat de onderwijsbalie bemenst wordt door studenten die zelf hun opleiding niet hebben afgerond en geen verantwoordelijkheid kunnen dragen die nodig is voor zo'n belangrijke service. De balie fungeert namelijk als het enige aanspreekpunt waar studenten altijd moeten beginnen. Misdefinitie zal deze onderwijsbalie van de FdR in de gaten blijven houden. Het vermoeden is dat het er niet deugt. Overigens speelt dit probleem bij vrijwel alle balies die we in al die jaren hebben gezien. Het is zeker geen kwaal waar enkel de FdR mee te maken heeft. We vinden dat er professionals horen te werken, het beleid moet worden aangepast en de balie minder macht moet krijgen. Voorts merken we op dat studieadviseurs moeten zijn wat het woord zegt: adviseurs. Onbevoegde studieadviseurs die niet bereikbaar zijn voor advies, maar wel de gang naar de examencommissie dwarsbomen, moeten worden ontslagen.

Vrijstellingen toekennen is een aangelegenheid van de examencommissie, maar zelfs als de secretaris hoogopgeleid is en op basis van zijn opleiding kennis van zaken hoort te hebben, gaat er veel mis. Standaardvrijstellingen zoals voor keuzevakken op basis van een volledig afgerond diploma, zouden geheel automatisch moeten verlopen. Wat ons betreft wordt dat wettelijk geregeld. Wij hadden 100 % gelijk dat toegekende vrijstellingen administratief verwerkt moeten worden op de datum van toekenning, maar als het aan de commissie had gelegen hadden ze het 5 jaar eerder gedateerd. De studieadviseur wilde het zelfs helemaal niet dateren zodat tegen de tijd dat het diploma kan worden aangevraagd, de geldigheidsduur die niet eens van toepassing is, ervoor kan zorgen dat er helemaal niet meer afgestudeerd kan worden. Toegekend in 2011 is datum in 2011. Punt. Wettelijk regelen en stoppen met dat idiote gezeik. Verder hebben we gezien dat de examencommissie schoorvoetend toe moest geven onze bezwaren te hebben genegeerd. Triest en reden voor ontslag.

Daarnaast is het College blijkbaar ook niet goed bij zijn hoofd. We krijgen gelijk met betrekking tot het toekennen en verwerken van vrijstellingen. We krijgen gelijk dat de geldigheidsduur pas begint te lopen op het moment van verwerking in de eigen administratie. Ze passen de goede redenering toe op de bachelor, maar als het om de master gaat zeggen ze opeens: we gaan op de andere toer omdat we anders ons ongelijk moeten toegeven. Deze manier van handelen is in strijd met het bestuursrecht dat toch al zo lek als een mandje is. Reden temeer om later nog eens diep in het bestuursrecht te duiken, want we vermoeden pure willekeur en dat is funest voor het bestuursrecht als dat veel vaker voor dreigt te komen. Naast de manier van registreren, vormde de geldigheidsduur van tentamens de tweede lijn in deze procedure. Hier heeft het College de belangrijke taak verzuimd om de goede interpretatie te geven. Had het College niet gedaan alsof we een inhoudelijke beoordeling vroegen maar gewoon zijn werk had gedaan, dan hadden ze het recht uitgelegd.

De examencommissie als het bestuur neemt besluiten; het College toetst besluiten aan het recht. Het College stelde dat de geldigheidsduur pas kan ingaan op het moment dat de vrijstelling als tentamen in 2011 werd ingevoerd. Zoals gezegd hadden ze het besluit moeten vernietigen en de commissie moeten opdragen een nieuw besluit te nemen. Dat ze het dan inhoudelijk afwijzen is niet relevant; het gaat erom dat afwijzen op de geldigheidsduur incorrect was. We hebben het College erop gewezen dat de interpretatie van de commissie ertoe leidt dat alle tijd tussen het halen van het eerste diploma tot aan het behalen van het tweede diploma, meegeteld wordt. Dat is onredelijk bezwarend. Een bachelor en een master halen, duurt minstens 4 jaar. Als die jaren worden meegeteld en de vrijstelling pas ingezet kan worden bij de aanvraag van het diploma, dan moet er al binnen een jaar met de nieuwe opleiding gestart zijn. Doet iemand de tweede opleiding in deeltijd, dan duurt de bachelor alleen al 6 jaar en kan er met een geldigheidsduur van 5 jaar nooit een vrijstelling worden aangevraagd.

Het feitelijk onmogelijk maken om vrijstellingen te krijgen, druist zeker tegen het recht in en het College heeft nagelaten daar adequaat mee om te gaan. Signalen bereiken ons dat de examencommissie nog altijd bezig is om de mogelijkheid tot vrijstellingen te beperken. Zo kan er voor geschreven zaken als essays en scripties nooit meer een vrijstelling verkregen worden. Zelfs niet als iemand na 4 jaar schrijven in een andere wetenschappelijke opleiding gepromoveerd is tot doctor. Voor andere vakken werpen ze barrières op door vakken te splitsen zodat als u een vak bij een andere universiteit heeft gevolgd, deze qua kennis nooit helemaal overeen komt. De examencommissie heeft naar ons idee teveel macht gekregen en zoveel macht hoort niet thuis bij een stel bureaucraten die continu lopen te falen. Zeker niet als de studieadviseurs zelf tijd rekken om zo de geldigheidsduur te overschrijden. Gestandaardiseerde vrijstellingen en het verwijderen van de macht bij studieadviseurs en examencommissies, zal het onderwijs ten goede komen.
Reacties: 0
Pagina's: 1

Reactie toevoegen
U dient in te loggen om een bericht te kunnen plaatsen.
 Houd het hier netjes. Hartelijk dank.

Misdefinitie
Copyright (c) 2004-2024.

C:\>Misdefinitie\type info.txt
Contact opnemen kan via een e-mail naar info apending misdefinitie.nl.